Old Smoker
Harlingen
Vanaf ongeveer 1875 produceert de firma Johannes Hibma & Zoon (JHZ) sigaren van het merk 'Old Smoker'. Dat gebeurt niet hier, maar een straat verderop, op de Schritsen, waar de familie sigarenfabriek 'De Nederlanden' bezit. Het bedrijf is gevest...
Hier schon mal ein Vorgeschmack
Vanaf ongeveer 1875 produceert de firma Johannes Hibma & Zoon (JHZ) sigaren van het merk 'Old Smoker'. Dat gebeurt niet hier, maar een straat verderop, op de Schritsen, waar de familie sigarenfabriek 'De Nederlanden' bezit. Het bedrijf is gevestigd op historische grond: in de voormalige gevangenis van de Friesche Admiraliteit. Als kwaliteitsmerk voert de firma Hibma dan ook het wapen van de Admiraliteit: een leeuw met zeven pijlen (van de Zeven Verenigde Provinciën) in de linkervuist, en een geheven zwaard in de rechter. Aan het eind van de 19de eeuw werken er ongeveer 12 personen in het bedrijf, en de sigaren worden dan verkocht voor tussen de 4 en 10 cent per stuk (ca. € 0,02 en € 0,05). Tot de Tweede Wereldoorlog telt Harlingen méér van dergelijke kleinere sigarenfabriekjes. Rond 1905 zijn er zeker vijf, waar dan zo’n 30 jongens tussen de 12 en 16 jaar aan het werk zijn.
Als in 1914 de Eerste Wereldoorlog uitbreekt stijgen de prijzen van tabak met sprongen. Sigaren van 2 cent gaan 10 cent kosten en de prijs van tabak vertienvoudigt. Na de oorlog dalen de prijzen wel, maar het blijft goede handel. In een andere Harlinger sigarenfabriek, de Groenlandsvaarder, zijn in die topjaren wel 60 personen aan de slag. Na de Tweede Wereldoorlog wordt de sigaar verdrongen door shag en sigaretten.
In dit hoekpand is vanaf 1918 een tabakszaak gevestigd, waar sigaretten, tabak en sigaren zoals de Old Smoker worden verkocht. De authentieke kleuren van de muurreclame konden worden herleid dankzij een sigarendoosje, dat ergens ten zuiden van Amsterdam bewaard is gebleven.
Standorte
Alle Standorte anzeigen-
Wapens onder het hooi
Wapens onder het hooi
In het najaar van 1944 beginnen de wapendroppings. Tot aan de bevrijding is er in de provincie Friesland een vijfentwintigtal van geweest. De wapens moeten uit handen van de bezetters blijven en worden daarom goed verborgen, vaak bij boeren. De boerderij van Johannes van Dijk in Hitzum is het voornaamste wapendepot van district VII van het gewest Friesland van de NBS, de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten. In de boerderij van Willem Postma onder Achlum krijgen de illegale werkers wapenonderricht van een speciale instructeur, die mee is gedropt. Alles geschiedt natuurlijk met de grootste behoedzaamheid, maar toch kruipen de NBS’ers twee keer door het oog van de naald.
Boer Van Dijk is fel anti-Duitse bezetter. Het is dan ook niet verwonderlijk dat zijn boerderij een toevlucht wordt voor onderduikers en verzetsmensen. Twee van zijn zoons zijn lid van de NBS, de in het najaar van 1944 uit de verschillende geledingen van het verzet gevormde paramilitaire verzetsorganisatie. De gedropte wapens worden bij hem gebruiksklaar gemaakt en vervolgens diep onder het hooi in de schuur weggestopt.
Ook weigert Van Dijk mee te werken aan de verplichte leveringen van vee, melk en hooi aan de Wehrmacht. Als reactie gaan Duitse militairen over tot inbeslagname van zijn hooi. Onder toeziend oog van Sonderführer August Geese van de Abteilung Ernährung und Landwirtschaft, onderdeel van de Wehrmacht, geassisteerd door zijn fanatieke Nederlandse tolk Grietje Sinnema, wordt het hooi uit de schuur gehaald. Ieder moment kunnen de wapens bloot komen te liggen, maar net op tijd vindt Geese het genoeg. Leden van het verzet, die met een pistool in de zak de boel in de gaten hielden, hoeven niet in actie te komen. Een drama is afgewend. Toch zal de oorlog voor de familie Van Dijk dramatisch eindigen: hun zoon Jitze Pieter sneuvelt bij een vuurgevecht tussen NBS’ers en terugtrekkende Duitse militairen op de dag dat Hitzum wordt bevrijd.
Om met de wapens te kunnen omgaan krijgen de verzetsmensen instructies van commando’s, die eveneens zijn gedropt. Dat gebeurt onder andere op de boerderij van Willem Postma, gelegen aan een doodlopende weg, midden in de weilanden tussen Hitzum en Achlum. Op een middag aan het einde van oktober 1944 komen dertig mannen daar in het geheim samen in de schuur om van instructeur Groenewoud te leren omgaan met stenguns, bazooka’s, handgranaten. Ze zijn volop bezig als er een motorpatrouille van de Grüne Polizei nadert. De paniek slaat toe onder de mannen, maar Groenewoud houdt het hoofd koel, duwt ze een wapen in de hand en laat ze een positie innemen. De Grünen rijden echter door, maar komen even later weer terug als ze ontdekken dat de weg doodloopt. Opnieuw rijden ze de boerderij voorbij, kennelijk zijn ze verdwaald. Het loopt goed af.
In der Nachbarschaft
Alle Routen ansehen-
Etappe 3: Harlingen - Dokkum | Elfstedenfietsroute
Etappe 3: Harlingen - Dokkum | Elfstedenfietsroute(80.0 km)Harlingen -
Waddenzeedijk - Herbaijum | Elfstedenpad: etappe 9
Waddenzeedijk - Herbaijum | Elfstedenpad: etappe 9(18.0 km)Kimswerd