Grote Ossenmarkt 16
Harlingen
Net als zijn vader Mozes (‘Maupi’) wordt Gabriël Boas, de jongste zoon van het gezin, bootwerker. Het laden en lossen van de vrachtboten die vanuit Harlingen op Hull en Leith (Edinburgh) varen brengt brood op de plank.
Hier schon mal ein Vorgeschmack
Brood dankzij de kolenboot
Net als zijn vader Mozes (‘Maupi’) wordt Gabriël Boas, de jongste zoon van het gezin, bootwerker. Het laden en lossen van de vrachtboten die vanuit Harlingen op Hull en Leith (Edinburgh) varen brengt brood op de plank. Als de ouders 25 jaar getrouwd zijn wordt een feestlied gezongen op de melodie van ‘Zie de maan schijnt door de bomen’:
Een kwart eeuw is het geleden
Dat Maupi om zijn Eva kwam
Een en ander werd besproken
Ze kwamen toen uit Amsterdam
Binnen ’t jaar, ‘t was wel wat kras
Kwam er een zoontje, Elias
Koor:
Lieve kind’ren, eet maar raak
Hull- en Leithboot komen vaak (bis)
Kort daarna kwam kleine Reli
Hij is nu al tamelijk groot
Vader Mozes zei: laat maar komen
Ik werk voor ze in de kolenboot
Daarom driewerf hiep-hoera
Voor vader Mozes en Eva
Gabriël (de ‘Reli’ uit het lied) trouwt in 1908 met Dina Pais. Zij gaat in de groentehandel van haar broers op de Kleine Bredeplaats werken. Ook de dochters Eva en Saartje helpen later in de winkel. Eva brengt bovendien bestellingen rond en fietst door de stad om de voorraad bij te vullen van de karren, waarmee de ooms groente en fruit uitventen.
Saartje verhuist naar Zaandam. Jozeph, een nakomertje, hoort in 1942 bij de eerste acht Joodse mannen die uit Harlingen worden weggevoerd. Hij komt terecht in het Judenarbeitslager Gogolin. Van daaruit wordt hij tewerk gesteld bij de aanleg van de Autobahn Breslau-Krakau of in de schoenenfabriek te Ottmuth, tot hij eind juni 1943 overlijdt. Van het gezin overleeft alleen dochter Eva de oorlog, dankzij een gemengd huwelijk.
Standorte
Alle Standorte anzeigen-
Boonweg: gras en schapen
Aktivieren Sie Cookies, um diesen Inhalt anzuzeigen.
Boonweg: gras en schapen
(beluister hier het audioverhaal)
Het is bijna niet voor te stellen dat de zee deze dijk kan verslaan. Toch was er in de laatste veertig jaar een keer of acht serieuze dijkbewaking nodig. Rinus en Sander Dorst van Zeedefensie zijn dan ook altijd voorbereid. Hier in de werkplaats hangen de zaklampen aan de muur, de portofoons staan aan de lader en ligt het draaiboek op tafel. Voor het geval dát.
Vader en zoon Dorst liggen er niet wakker van, ze weten namelijk precies hoe de dijk erbij ligt. Elke week inspecteren ze de 25 kilometer dijk tussen Harlingen en Nieuwebildtzijl. En elke dag zijn ze hier sowieso te vinden, voor onderhoud en beheer. Zo gooien ze bijvoorbeeld kuilen dicht die door honden zijn gegraven en vangen ze ongeveer 150 mollen per jaar in hun klemmen.
Is dat nou echt nodig? Ja, want gangen, gaten en kuilen kunnen de dijk behoorlijk verzwakken. Ook is de grasmat superbelangrijk om de bovenlaag sterk te houden, hiervoor wordt een mengsel van zes soorten diepwortelend gras gebruikt. Als 80% van een vierkante meter grasmat ook daadwerkelijk uit grassprietjes bestaat, zijn de mannen dik tevreden.
Het gras wordt onderhouden door de schapen die je tussen april en oktober op de dijk ziet grazen. Met hun 'gouden voetjes' trappen ze de grond precies genoeg in en zorgen ze zo voor de ideale stevigheid. Vroeger graasden er ook wel koeien, maar hun hoeven deden meer kwaad dan goed.
De droogte van de laatste zomers baart wel eens zorgen. Schapen hebben soms nauwelijks genoeg te eten en enkele dijkvakken moesten opnieuw ingezaaid worden. Ook zette het waterschap voor het eerst een egger in, een machine die onkruid uit het gras haalt.
Andere soorten grassen en kruiden op de dijk zouden trouwens best een idee zijn, maar of dat veilig is? De proefvakken die je onderweg zag, laten vooralsnog zien dat de combinatie van schapen en gras het beste is voor de stevigheid van de dijk.
Aan de 'achterkant' van de dijk vind je geen gras maar asfalt, met daaronder steen en zand. In de jaren negentig bleek het asfalt zo zwak dat uit voorzorg breuksteen en grond bij de werkplaats is neergelegd. Je weet immers maar nooit. Intussen wordt er ook een proef gedaan met innovatieve asfaltbekleding.
Ingesproken door:
De van oorsprong Friese Esther Kokmeijer is kunstenares, ontdekker, designer and fotograaf. Ze woont tegenwoordig in Rotterdam, maar werkt overal ter wereld.
Esther werkt met Joop Mulder aan een serie projecten waarmee ze met korenbloemen verhalen over water zichtbaar wil maken. Een zee van bloemen, een terp omringd door water, een dijkdoorbraak en Holwerd aan zee, zichtbaar gemaakt met miljoenen bloeiende Korenbloemen. “Inspirerend hoe Joop zo begaan was met het prachtig Waddengebied. Hoe hij verhalen over dit bijzondere landschap tot leven wist te brengen en zich inzette om intieme ontmoetingen te creëren met dit landschap.”
Dit verhaal is onderdeel van de route Gemalen Verhalen van Sense of Place
In der Nachbarschaft
Alle Routen ansehen-
Waddenzeedijk - Herbaijum | Elfstedenpad: etappe 9
Waddenzeedijk - Herbaijum | Elfstedenpad: etappe 9(18.0 km)Kimswerd