Standorte
-
Overnachten in Noardwest Fryslân
841 bis 864 von 1206 Ergebnisse
-
Stadtpark und Jachthafen von De Prinsentuin
Stadtpark und Jachthafen von De Prinsentuin Leeuwarden
-
Museum It Tsiispakhûs
Museum It Tsiispakhûs Wommels
-
Kunsthuis Kort
Kunsthuis Kort harlingen
-
Bunkers van de Atlantikwall in Harlingen
Bunkers van de Atlantikwall in Harlingen
De bunkers in Harlingen maakten deel uit van de Atlantikwall: de ruim 6.000 kilometer lange Duitse verdedigingslinie van Noorwegen tot Spanje.
De Atlantikwall geldt als een van de grootste bouwwerken van de twintigste eeuw. De linie werd gebouwd in de jaren 1942 tot en met 1945 om een geallieerde invasie van het West-Europese vasteland vanuit zee onmogelijk te maken. De Atlantikwall was een serie losstaande, zelfstandige en aan alle kanten te verdedigen kleinere en grotere steunpunten die elkaar vuurondersteuning konden geven. In veel gevallen bestonden ze uit bomvrije bunkers, soms met een muur- en dakdikte van zeker twee meter gewapend beton. Door een gebrek aan arbeidskrachten, materieel en brandstof waren er vanaf 1 mei 1943 in Nederland slechts 510 bunkers van de geplande 2000 opgeleverd.
Harlingen werd in 1939 al voorzien als uitvalsbasis voor de door de Luftwaffe noodzakelijk geachte bezetting van de eilanden Terschelling, Vlieland en Ameland.
In 1942 werd de leiding van de kustverdediging overgedragen aan de marinetroepen in de stad Groningen. De Wehrmachtsbefehlshaber in den Niederlanden, General der Flieger, Friedrich Christiansen, bracht in 1943 een bezoek aan Harlingen en haar Hafenkapitän. Christiansen hield een landing zoals bij Normandië op de eilanden en bij de havenstad Harlingen voor mogelijk en maakte zich zorgen over de geringe gevechtskracht van de Wehrmacht ter plaatse.
In de Engelse Tuin in Harlingen ligt nog een Duitse bunker die onderdeel uitmaakte van de Atlantikwall. De bunker is twintig meter lang en vijf meter breed.
Deze bunker behoort tot de in totaal 27 bunkers in Harlingen. Het betreft de Commandopost Verbindingen – “Gefechtsstand” het zenuwcentrum tussen Kornwerderzand, Zurich en Franker – waarvandaan de Duitsers de Friese kustverdediging controleerden. De “Gefechtsstand” in de Engelse Tuin werd beschermd door drie kleinere bunkers, de zogenoemde. Tobruks. Dit waren kleine bunkertjes van gewapend beton waarin meestal eenmachinegeweer was opgesteld. Uiteindelijk bleek de bunker voor de Canadezen nauwelijks een hindernis bij de zuivering van de stad.
Na een korte artilleriebeschieting waadde de infanterie van de Highland Light Infantry of Canada in de avond van 16 april 1945 bij de Riedkade door de Ried. Met steun van een aantal Sherman tanks van de Sherbrooke Fusiliers werden de Duitsers aan de rand van Harlingen teruggedrongen. Eenmaal in de stad richtte de D Company van Captain William Douglas Tipper zich op de Franekerpoortsbrug en de Engelse Tuin. Vanwege de opgeblazen bruggen konden de tanks de stad niet in, maar dit lukte een aantal carriers wel. Deze lichte pantservoertuigen bewapend met een zwaar machinegeweer waren welkom in de stadsgevechten.
Rond 22.00 uur waren de Canadezen diep in het centrum doorgedrongen. Hierna werd de wil van de Duitsers om nog door te vechten snel gebroken. Omstreeks 4.30 uur was de stad in Canadese handen. Ook de Duitsers in de versterkte Engelse Tuin hadden de Canadezen niet kunnen ophouden.
Toen de Engelse Tuin in 2009 opnieuw werd ingericht was de bunker even zichtbaar. De drie Tobruks zijn allemaal met aarde opgevuld, maar nog steeds te zien. Eén ervan bevindt zich vlak bij de Hoogstraat, de andere twee liggen in het midden van de tuin.
De Engelse Tuin is aangelegd op het oude bolwerk, dat hoog boven de omgeving uittorende, en was daardoor een ideale plaats om de bunkers aan te leggen. De Tobruks waren verstopt in het park en daardoor van boven minder goed zichtbaar maar vanuit de bunker hadden de Duitsers ruim zich over de omgeving.
Harlingen
-
-
Afsluitdijk Wadden Center
Afsluitdijk Wadden Center Kornwerderzand
-
Minicamping De Alde Stjelp
Minicamping De Alde Stjelp Grou
-
Herbaijum (Hjerbeam)
Herbaijum (Hjerbeam) Herbaijum
-
Rikus Poes
Rikus Poes Harlingen
-
Westhoek (De Westhoek)
Westhoek (De Westhoek) Westhoek
-
Monument voor Eise Eisinga
Monument voor Eise Eisinga Franeker
-
Tweemastklipper Manna
Tweemastklipper Manna Franeker
-
Midlumerweg 5
Midlumerweg 5 Harlingen
-
No Return
No Return Harlingen
-
Keermuur Willemshaven - Gedichtenroute
Keermuur Willemshaven - Gedichtenroute Harlingen
-
Noorderbegraafplaats
Noorderbegraafplaats
Vijftien geallieerde vliegers en vijftien verzetsslachtoffers vinden hun laatste rustplaats op de Noorderbegraafplaats in Leeuwarden. Ook worden er tijdens de Tweede Wereldoorlog bijna 450 gesneuvelde Duitse militairen begraven. Hun stoffelijke resten worden in 1958 overgebracht naar de Duitse oorlogsbegraafplaats Ysselsteyn.
Kort na het begin van de bezetting wordt de Noorderbegraafplaats aan het Leeuwarder Schapendijkje in gebruik genomen als militair ereveld. De eerste teraardebestelling van Duitse oorlogsdoden vindt er op 9 augustus 1940 plaats. Bij de bevrijding liggen op het Ehrenfriedhof bijna 450 Duitse militairen, die in 1958 collectief worden overgebracht naar de Kriegsgräberstätte Ysselsteyn bij Venray.
Het aantal geallieerde militairen dat vanaf juli 1941 op de begraafplaats een laatste rustplaats krijgt is qua aantal veel geringer. Nu nog liggen dertien Engelsen en twee Nieuw-Zeelanders begraven onder een rij karakteristieke witte headstones op regel 23 van de 2e afdeling. Oorspronkelijk waren er meer geallieerde oorlogsgraven. Twee Amerikanen en een Canadees zijn na de bevrijding herbegraven op de erevelden in Margraten en Holten.
In alle nu nog aanwezige geallieerde oorlogsgraven zijn bemanningsleden van vliegtuigen begraven. Van hen zijn alleen David Kay Foster en Robert Stanley Ling in de gemeente Leeuwarden gesneuveld. Hun Mosquito jachtbommenwerper stort op 28 mei 1944 neer op het vliegveld na een beschieting door luchtafweergeschut. De overige vliegeniers komen om een andere reden op de Noorderbegraafplaats terecht. Albert Hayes, Len Townrow en Michael John Boyle worden alle drie zwaargewond overgebracht naar het Bonifatiusziekenhuis en sterven daar ondanks de goede zorgen van de Duitse medische staf.
Jarenlang onderzoek door de Stichting Missing Airmen Memorial Foundation (SMAMF) in samenwerking met de Bergingsdienst van de Koninklijke Luchtmacht achterhaalt de identiteit van de zes gesneuvelden in het eerste graf. Het gaat om de bemanning van Wellington R1397. Het vliegtuig stort op 25 juli 1941 bij Boazum neer na een luchtaanval op Emden en is het eerste toestel dat crasht op het Friese vasteland. In 2015 zijn in aanwezigheid van nabestaanden twee nieuwe grafstenen met de namen van de bemanning door een legerpredikant ingezegend. De oude, naamloze, steen is nog te bezichtigen in het Fries Verzetsmuseum.
Ook liggen er vijftien verzetsslachtoffers begraven op de Noorderbegraafplaats, op een speciaal daarvoor ingericht ereveld. Op de grafmonumenten staat de tekst:
‘Fallen yn ‘e striid tsjin ûnrjocht en slavernij - dat wy yn frede foar rjocht en frijdom weitsje’
‘Gevallen in de strijd tegen onrecht en slavernij, opdat wij in vrede voor recht en vrijheid waken.’
Het meest in het oog springend zijn de drie zij aan zij geplaatste monumenten van de broers Mark, Klaas en Hyltje Wierda, die op 11 april 1945, enkele dagen voor de bevrijding, werden gefusilleerd bij Dronrijp.
De oorlogsgraven op de Noorderbegraafplaats zijn geadopteerd door vijf scholen uit Leeuwarden, die elk jaar op 15 april een herdenking organiseren.
Ook achter de grafmonumenten voor de Joodse familie Suskind (graf 03/-/24 /04) gaat een tragisch oorlogsverhaal schuil. MTS-leraar Willy Süskind stapte samen met zijn vrouw en zoon uit het leven, één dag na de Duitse inval in Nederland.
Helemaal achter op de begraafplaats herinnert een bijzonder grafmonument eveneens aan een oorlogsdrama. Het beeld van een treurende vrouw is geplaatst op het graf van Johanna Wilhelmina te Winkel en haar zoontje Hans, beiden slachtoffer van afgedwaalde bommen op de Julianastraat in 1942 (graf 04/1b/10).
Leeuwarden
-
-
Hilaard
Hilaard Hilaard
-
Lanenkaatsen
Lanenkaatsen Harlingen
-
Drogeham - De Hege Bulten I
Drogeham - De Hege Bulten I Drogeham
-
De dagen voor de bevrijding
De dagen voor de bevrijding
In de dagen voor de bevrijding hebben de Duitsers documenten vernietigd en (militaire) installaties vernield. Veel Duitsers probeerden via Harlingen de “Festung Holland” te bereiken. In deze dagen werd de bewegingsvrijheid voor de inwoners sterk beperkt.
In de nacht van vrijdag 13 op zaterdag 14 april verlieten de in Harlingen gedetacheerde Zoll-beambten de gebouwen aan de Voorstraat en de Zuidoostersingel, nadat ze eerst alle papieren hadden verbrand. Andere Duitse onderdelen volgden hun voorbeeld en trokken ook over de afsluitdijk of per schip naar “Festung Holland”.
Op 14 april maakte (waarnemend) politiecommandant, de opperluitenant P.A. Sanders bekend: ‘In opdracht van den plaatselijken gevechtscommandant wordt bekend gemaakt, dat het verboden is zich buiten uiterste noodzaak op straat op te houden. Stilstaan is absoluut verboden. Bij overtreding wordt door militaire patrouilles van de wapenen gebruik gemaakt.’
Diezelfde avond vielen er twee slachtoffers: de 24-jarige Sijbren Kuiper en zijn vrouw, Satske Kuiper-van Ingen. Toen hun hondje naar buiten was ontsnapt heeft de heer Kuiper aan zijn echtgenote aangegeven hem wel even te roepen, waarna hij de deur van hun kleine huisje aan de Steenhouwersstraat opende. De overbuurman stond ook in de deuropening en er ontstond een gezellig gesprek. Saskia was er ook bij gekomen en de hond was inmiddels teruggelopen.
Op de hoek van de Steenhouwersstraat zat een gewapende Duitser en toen de heer Kuiper zijn hoofd iets te ver buiten de deur stak werd hij dodelijk getroffen. Zijn vrouw, die achter hem stond, raakte aan haar voorhoofd gewond. Zij werd door de Duitsers naar het ziekenhuis gebracht en moest daar een nacht blijven. De kleine baby Piet werd echter in zijn bedje moederziel alleen achtergelaten. In de loop van de nacht hebben de achterburen, de familie Koster, de kleine baby Piet uit zijn bedje gehaald en meegenomen naar huis.
Op zaterdag 14 en zondag 15 april trok ook een bonte stoet van Duitsers en de met hun meegevluchte NSB‘ers, landwachters en andere landverraders in auto’s, met paard en wagen, fietsend of lopend door Harlingen richting de Afsluitdijk. Daarbij werden ook veehouders gedwongen om de vluchters te vervoeren. Van de veehouders uit Dantumadeel is bekend dat zij hen niet verder dan Harlingen hoefden te brengen en daarna weer naar huis konden terugkeren.
Het viel de bewoners op dat het vooral om erg jonge soldaten ging.
Op zondag 15 april mocht niemand meer op straat komen. Alleen tussen 16.00 en 18.00 uur werd het toegestaan om nog even boodschappen te doen. Die dag begonnen de nog in Harlingen achtergebleven Duitsers met het uitvoeren van vernielingen. Dit werd de volgende dag geïntensiveerd. Zo werden bruggen in de Midlumer- en Kimswerderweg opgeblazen.
Ondanks het straatverbod sloegen de Harlingen, omdat de Duitsers nog nauwelijks op de naleving van het uitgangsverbod toezagen, op verschillende plaatsen aan het plunderen in door Duitsers verlaten gebouwen, zoals het Koel- en vrieshuis waar een lading varkensvlees was opgeslagen. Ook plunderde men een goederentrein vol 40+ kaas, waarbij de tender van de locomotief werd verlost van grote briketten. Dat was niet zonder risico’s want op dat moment waren er nog wel zo’n vijfhonderd Duitsers in Harlingen aanwezig.
Harlingen
-
-
Eigentijds
Eigentijds Harlingen
-
Vier Leeuwen
Vier Leeuwen Harlingen
-
Vrouw met duiven
Vrouw met duiven Harlingen
-
Wijnaldum
Wijnaldum Wijnaldum
-
Uitkijkpunt Terpentoer
Uitkijkpunt Terpentoer Wijnaldum