Standorte
-
Overnachten in Noardwest Fryslân
793 bis 816 von 1188 Ergebnisse
-
Gast op stal
Gast op stal -
Café den Smeerpaal
Café den Smeerpaal -
Hervormde kerk Pastorie in Dronryp
Hervormde kerk Pastorie in Dronryp -
Minicamping en Theetuin Slappeterp
Minicamping en Theetuin Slappeterp -
Jonas Harlingen
Jonas Harlingen -
Elfstedenmonument Tegeltjesbrug Gytsjerk
Elfstedenmonument Tegeltjesbrug Gytsjerk -
Bunkers van de Atlantikwall in Harlingen
Bunkers van de Atlantikwall in Harlingen
De bunkers in Harlingen maakten deel uit van de Atlantikwall: de ruim 6.000 kilometer lange Duitse verdedigingslinie van Noorwegen tot Spanje.
De Atlantikwall geldt als een van de grootste bouwwerken van de twintigste eeuw. De linie werd gebouwd in de jaren 1942 tot en met 1945 om een geallieerde invasie van het West-Europese vasteland vanuit zee onmogelijk te maken. De Atlantikwall was een serie losstaande, zelfstandige en aan alle kanten te verdedigen kleinere en grotere steunpunten die elkaar vuurondersteuning konden geven. In veel gevallen bestonden ze uit bomvrije bunkers, soms met een muur- en dakdikte van zeker twee meter gewapend beton. Door een gebrek aan arbeidskrachten, materieel en brandstof waren er vanaf 1 mei 1943 in Nederland slechts 510 bunkers van de geplande 2000 opgeleverd.
Harlingen werd in 1939 al voorzien als uitvalsbasis voor de door de Luftwaffe noodzakelijk geachte bezetting van de eilanden Terschelling, Vlieland en Ameland.
In 1942 werd de leiding van de kustverdediging overgedragen aan de marinetroepen in de stad Groningen. De Wehrmachtsbefehlshaber in den Niederlanden, General der Flieger, Friedrich Christiansen, bracht in 1943 een bezoek aan Harlingen en haar Hafenkapitän. Christiansen hield een landing zoals bij Normandië op de eilanden en bij de havenstad Harlingen voor mogelijk en maakte zich zorgen over de geringe gevechtskracht van de Wehrmacht ter plaatse.
In de Engelse Tuin in Harlingen ligt nog een Duitse bunker die onderdeel uitmaakte van de Atlantikwall. De bunker is twintig meter lang en vijf meter breed.
Deze bunker behoort tot de in totaal 27 bunkers in Harlingen. Het betreft de Commandopost Verbindingen – “Gefechtsstand” het zenuwcentrum tussen Kornwerderzand, Zurich en Franker – waarvandaan de Duitsers de Friese kustverdediging controleerden. De “Gefechtsstand” in de Engelse Tuin werd beschermd door drie kleinere bunkers, de zogenoemde. Tobruks. Dit waren kleine bunkertjes van gewapend beton waarin meestal eenmachinegeweer was opgesteld. Uiteindelijk bleek de bunker voor de Canadezen nauwelijks een hindernis bij de zuivering van de stad.
Na een korte artilleriebeschieting waadde de infanterie van de Highland Light Infantry of Canada in de avond van 16 april 1945 bij de Riedkade door de Ried. Met steun van een aantal Sherman tanks van de Sherbrooke Fusiliers werden de Duitsers aan de rand van Harlingen teruggedrongen. Eenmaal in de stad richtte de D Company van Captain William Douglas Tipper zich op de Franekerpoortsbrug en de Engelse Tuin. Vanwege de opgeblazen bruggen konden de tanks de stad niet in, maar dit lukte een aantal carriers wel. Deze lichte pantservoertuigen bewapend met een zwaar machinegeweer waren welkom in de stadsgevechten.
Rond 22.00 uur waren de Canadezen diep in het centrum doorgedrongen. Hierna werd de wil van de Duitsers om nog door te vechten snel gebroken. Omstreeks 4.30 uur was de stad in Canadese handen. Ook de Duitsers in de versterkte Engelse Tuin hadden de Canadezen niet kunnen ophouden.
Toen de Engelse Tuin in 2009 opnieuw werd ingericht was de bunker even zichtbaar. De drie Tobruks zijn allemaal met aarde opgevuld, maar nog steeds te zien. Eén ervan bevindt zich vlak bij de Hoogstraat, de andere twee liggen in het midden van de tuin.
De Engelse Tuin is aangelegd op het oude bolwerk, dat hoog boven de omgeving uittorende, en was daardoor een ideale plaats om de bunkers aan te leggen. De Tobruks waren verstopt in het park en daardoor van boven minder goed zichtbaar maar vanuit de bunker hadden de Duitsers ruim zich over de omgeving.
-
De Nieuwebildtdijk
De Nieuwebildtdijk -
Nieuwe Kade Haven Grou
Nieuwe Kade Haven Grou -
Baijum (Baaium)
Baijum (Baaium) -
De Zoutbron
De Zoutbron -
Café Het Grauwe Paard
Café Het Grauwe Paard -
B&B Twirrewyn
B&B Twirrewyn -
De Houtwiel - Vogelkijkpunt
De Houtwiel - Vogelkijkpunt -
’t Gouden Stoepke
’t Gouden Stoepke -
Der "Gedenkstein für gefallene Kanadier"
Der "Gedenkstein für gefallene Kanadier"
Sonntag, der 15. April 1945, der offizielle Tag der Befreiung Frieslands, ist auch der Tag, an dem Sneek die kanadischen Befreiungstruppen begrüßt. Es war ein aufregender Tag, und die niederländischen Streitkräfte (NBS) lieferten sich einen harten Kampf mit den Besatzern.
Einen Tag zuvor begannen die deutschen Truppen sich aus Sneek zurückzuziehen, und die NBS versuchten, ihren Rückzug entlang des Leeuwarderwegs so gut wie möglich zu verhindern. Bis eine Kolonne deutscher Fallschirmjäger ins Spiel kam und die NBS zum Rückzug zwang.
Das Waag-Gebäude im Stadtzentrum wurde während des Krieges von der Besatzungsmacht als Waffendepot genutzt. Um zu verhindern, dass es in die Hände der Alliierten fällt, wird es von den fliehenden Truppen am Sonntag gegen drei Uhr in Brand gesetzt. Laute Explosionen und Knallgeräusche hallen eine halbe Stunde lang durch die Stadt.
Nachdem der Feind die Stadt verlassen hat, versammeln sich die NBS-Männer in der HBS-Schule, um Anweisungen zu erhalten und Waffen und Armbinden zu verteilen. Sie rücken in die Stadt ein, um Verräter aufzuspüren. Dann verbreitet sich das Gerücht, dass Hunderte von deutschen Soldaten auf dem Weg von Lemmer nach Sneek sind. Sofort wird an der Waterpoort Verstärkung aufgebaut.
Die kanadischen Einheiten werden alarmiert. Über den NBS-Nachrichtendienst sind sie nun im Besitz der neuesten Verteidigungspläne von Sneek und rücken von Joure aus auf die Stadt vor.
Am Abend, gegen 19.30 Uhr, dringt die erste Patrouille des kanadischen Infanteriebataillons Le régiment De La Chaudière mit Flammenwerfern und Maschinengewehren in die Stadt ein. Die deutschen Truppen halten sich zurück, und das gesamte kanadische Bataillon folgt.
Sneek ist befreit, aber die Freiheit ist noch nicht gesichert, da die deutschen Truppen versuchen, über den Afsluitdijk in Richtung Friesland zu entkommen. Das kanadische Regiment der Queens Own Rifles marschiert durch Sneek in Richtung Afsluitdijk und liefert sich bei Wons heftige Kämpfe. Dabei kommen sechs kanadische Soldaten ums Leben. Sie werden vorübergehend auf dem Allgemeinen Friedhof von Sneek begraben. Im Jahr 1946 werden sie auf dem kanadischen Ehrenfeld in Holten beigesetzt.
Kanadische Gäste
Während sie auf ihre Rückkehr in die Heimat warteten, waren Hunderte von kanadischen Soldaten etwa fünf Monate lang bei Familien in Sneek untergebracht. Am 1. Juni traf das Perth-Regiment in der Stadt ein, die es vorübergehend in Stratford umbenannte. Sie waren an der Befreiung von Groningen beteiligt. Ein Komitee wird gegründet, um die Soldaten mit verschiedenen Aktivitäten zu unterhalten. Von Tanzabenden über Segelregatten bis hin zu besonderen Gottesdiensten.
Zwischen den Befreiern und den Snekern entwickeln sich freundschaftliche Beziehungen. Und manchmal auch mehr als das. Gordon C. Compton und Atty Bouma berichten sogar von "Liebe auf den ersten Blick". Als die letzten Soldaten Ende November nach Hause zurückkehren, beschließt Gordon, in den Niederlanden zu bleiben. Am 9. Mai 1946 heiratet er seine Atty in Sneek. Wenig später reisen Gordon und seine "Kriegsbraut" nach Kanada aus.
Mehrere Denkmäler in der Stadt erinnern an die besondere Verbundenheit mit dem kanadischen Militär, die auch heute noch sehr eng ist.
-
TOP Harlingen/Westerzeedijk
TOP Harlingen/Westerzeedijk -
Hegebeintum
Hegebeintum -
Fortuinsteeg
Fortuinsteeg -
Sushi House Harlingen
Sushi House Harlingen -
Oorlogsgraven geallieerde vliegers
Oorlogsgraven geallieerde vliegers
Om Nazi-Duitsland te kunnen verslaan werden dag en nacht bombardement uitgevoerd op Duitse steden, industriegebieden en andere doelen. Op deze begraafplaats liggen zes geallieerde vliegers begraven die om het leven kwamen toen hun vliegtuig boven Friesland werd neergehaald door een Duitse nachtjager.
Op 13 mei 1943 om 23.17 uur vertrok vanaf RAF basis Linton-on-Ouse (bij York) de Halifax JB924 bommenwerper van het No. 78 Squadron RAF. Het toestel was onderdeel van een grote formatie vliegtuigen. Het doel van die nacht was de stad Bochum in Duitsland. Op de terugweg werd het toestel onderschept door een Duitse Messerschmitt Bf 110 nachtjager afkomstig van Fliegerhorst Leeuwarden.
De piloot was Major Helmut Lent, een rijk gedecoreerde luchtaas. Hij kreeg de Halifax al snel in zijn vizier en opende het vuur. De Halifax raakte daardoor vrijwel onbestuurbaar en was feitelijk verloren. Inmiddels bevond het toestel zich boven de Waddenzee. Pilot Officer Richard Edward Bragg deed nog een uiterste poging om het vliegtuig landinwaarts te draaien. Tijdens die manoeuvre viel de zuurstofvoorziening uit en raakte de volledige bemanning tijdelijk buiten bewustzijn.Daarop stortte het toestel naar beneden. Piloot Bragg kwam weer bij toen de Halifax nog slechts honderden meters van de grond verwijderd was. Zijn bevel om onmiddellijk te springen kon alleen nog door de navigator John Miller Farrell en de bommenrichter Harry Gell worden opgevolgd.
Gell landde met zijn parachute bij Schalsum. Ondanks een gebroken enkel zag hij kans om naar de boerderij van Attema te kruipen. Gezien zijn medische toestand en de wetenschap dat hij de familie Attema in gevaar zou brengen, bracht hem tot het besluit om zich aan de Duitsers over te geven.
Farrell kwam bij het verlaten van het vliegtuig om het leven. Waarschijnlijk heeft hij tijdens de sprong het vliegtuig geraakt.
Bragg en de rest van de bemanning kwamen om het leven toen de Halifax 14 april om 2.55 uur neerstortte in de Holleweg in Wijnaldum.
Sippie van der Meulen uit Wijnaldum was getuige van de crash:
'We zagen het vliegtuig branden. Het leek op dat moment alsof de hele wereld in brand stond. Toen we de dag daarna uit school kwamen, gingen we kijken. Er hing een Engelsman in een boom. Hij had een kapje op en een leren jas met een bontkraag aan. Het stonk daar vreselijk, volgens mij was de ontbinding al aan de gang. Op de dag van de begrafenis huilde iedereen. Wij huilden ook mee, want we vonden het wel zielig.'Tijdens de oorlog werden ruim vierhonderd geallieerde vliegtuigen boven Friesland neergehaald. Hierbij kwamen honderden bemanningsleden om het leven.
Bij de crash van Halifax JB924 kwamen om het leven:
De Canadezen:
-
Warrant Officer Class ll John Miller Farrell (begraven op het Kerkhof bij de Protestante kerk in Dongjum)
-
Flight Sergeant Allan Alfred Kew
De Britten:
-
Sergeant David Baxter
-
Pilot Officer Richard Edward Bragg
-
Flight Lieutenant Robert Grey
-
Sergeant Rodger David Matches
-
Sergeant Edwin Pritchard
-
Gytsjerk - 't Set - Vogelkijkhut
Gytsjerk - 't Set - Vogelkijkhut -
Aanlegsteiger LM72A
Aanlegsteiger LM72A -
B&B Hoptille
B&B Hoptille